Onder de rook van Amsterdam ligt een keur aan prachtige fietsrondjes. Hollandse rivieren als de Holendrecht en de Amstel scheiden een gebied af dat doorloopt tot Woerden. Deels Groene Hart, deels, zoals ze het zelf noemen, ‘de achtertuin van Amsterdam’.
‘Ze’ zijn De Boeren van Amstel. En ‘ze’ zijn allemaal gevestigd in juist dit gebied. Polders, akkers, water, landelijke dorpskernen en boerenbedrijven. Juist deze laatste groep is verantwoordelijk voor het landschap, het uitzicht tijdens het fietsen, en behoud van cultuurwaarden. En juist vanuit deze gedachte kwamen enkele jaren geleden een paar boeren bijeen, samen met de Vogelbescherming en Agrarisch Natuurbeheer. ‘Hoe kunnen we zo zuinig mogelijk met onze natuur omgaan, en toch nog iets verdienen?’ was de vraag. Er volgden ideeën, er werd samengewerkt en er kwamen nieuwe partners aan boord, zoals Wij.land.
Van idee naar draaiend proces
En er wordt doorgepakt. Ja, natuurlijk willen deze boeren zuinig zijn op hun weidevogels, maar ze hebben meer te bieden. Zoals melk. En de wens om met veel kortere ketens aan de slag te gaan en zo de ecologische voetafdruk van de betrokken boeren te verkleinen. Met het platform Local2Local wordt gezocht naar meer lokale afzet. Deze ondernemers richten zich op het bij elkaar brengen van lokale voedselproducenten en stadse afnemers. Exact de gedachte en wens van De Boeren van Amstel dus. Meer kennis en specifieke onderzoeksdata wordt vergaard door samen te werken met de Taskforce Korte Ketens. Daadkracht en ambitie levert meestal grote resultaten op. In dit geval een eigen melkfabriek in Ouderkerk aan de Amstel. Op 1 mei 2019 was de feestelijke opening.
Binnen enkele weken loopt de groep tegen haar eigen grenzen aan. Een fabriek draaiende houden is iets heel anders dan een boerenbedrijf runnen. Een tijdelijke stop is noodzakelijk. Op 23 mei wordt de productie stopgezet, om deze op 2 september weer te hervatten. In de tussentijd zijn zaken beter geregeld en juiste mensen op de juiste plaatsen gezet. In de eerste twee maanden is de capaciteit gestaag opgevoerd tot zo’n duizend liter melk per dag. Het doel is om uiteindelijk richting een miljoen literpakken melk per jaar door te groeien, zo’n tienduizend liter per dag. Tien maal de huidige volumes. Dat is ook nodig om break-even te draaien, kostendekkend te zijn.
De volgende fase financieren
Dat toont ook wel aan dat er nog veel moet gebeuren. De Boeren van Amstel hebben de eerste fase van hun bedrijfsplan afgerond. Er staat een fabriek, processen zijn ingericht, er wordt melk geproduceerd en verkocht, de regionale Amsterdamse doelgroep wordt bereikt. Nu is het tijd voor de volgende fase en daar is veel hulp bij nodig. Investeringen, om precies te zijn. Want extra financiële input betekent meer tijd en mankracht en dat betekent een veel grotere kans op succes in de toekomst. De melkvolumes moeten veel hoger, op dezelfde productielijn kan yoghurt worden gemaakt en de lijn voor het zelf produceren van kwark staat al klaar. Aan alle voorwaarden is voldaan, het is tijd voor een volgende stap en, vooral, nog veel meer impact.
En krijgen we buiten Amsterdam ook de kans om kennis te maken met de producten van De Boeren van Amstel? Nee, dat gaat niet. Uitleveren aan bijvoorbeeld Utrecht druist volledig in tegen de lokale missie. Daar is dan een Boeren van Utrecht (of Stichtse Boeren) voor nodig. Tot die tijd kan en mag er natuurlijk wel gefietst worden door het Amstellandschap van de aangesloten boeren. En dan kom je vast en zeker onderweg zo’n karakteristiek pak melk tegen.
Publicatiedatum op deze site: 22 oktober 2019
Dit verhaal is onderdeel van een serie artikelen voor deze website (tussen 2019 en 2021) waarin agrarisch ondernemers vertellen hoe zij werken aan de omslag naar kringlooplandbouw. Op Groeien naar morgen lees je verhalen van agrariërs die stappen zetten en maak je kennis met de Demobedrijven.